Mensen met diabetes type 1 maken zelf te weinig insuline aan doordat het afweersysteem de cellen die insuline aanmaken afbreekt. Bij diabetes type 2 is het lichaam minder gevoelig geworden voor insuline en kan er te weinig insuline aangemaakt worden. Van 2011 tot 2022 is er een lichte stijging te zien in het aantal mensen met diabetes type 2. Waarschijnlijk komt dit (deels) door de toenemende vergrijzing in Nederland. Het aantal mensen met diabetes type 1 is over deze periode nagenoeg gelijk gebleven. De gemiddelde leeftijd waarop mensen de diagnose diabetes krijgen is sinds 2011 licht gedaald, maar lijkt zich nu te stabiliseren. Voor diabetes type 1 wordt de diagnose op een gemiddelde leeftijd van 30 jaar gesteld en voor type 2 op 60 jaar.
Ten opzichte van de Nederlandse bevolking komen bij mensen met diabetes type 1 vooral oogaandoeningen en aandoeningen van de urinewegen vaker voor. Daarbij was er vooral sprake van beschadigingen aan het netvlies in het oog. Bij mensen met diabetes type 2 komen vooral stofwisselingsziekten, aandoeningen van het bloed en de urinewegen en hart- en vaatziekten vaker voor dan bij de algemene bevolking. Met als meestvoorkomende, aan diabetes gerelateerde aandoeningen beschadigingen aan het netvlies van het oog en obesitas.
Bron: Nivel