NRC zette op een rijtje wat Femke Bol tot zo’n succesvolle atlete maakt. Met name op de 400 meter horde. Ook al won ze daarop op de Olympische Spelen ‘slechts’ een bronzen medaille. Haar trainer Bram Peters legt uit dat de tijd dat haar voeten de grond raken heel kort is. Toen ze vijftien was kon ze al “stuiteren op haar voeten”. Dat is een talent dat bij duursporters als Bol niet veel voorkomt. Ze stopt al haar energie in de afzet, waardoor ze weinig energie verliest. Peters noemt dat ook “kaatsen”.
Huppelen
Kaatsen is een trainingsmethodiek uit de atletiek. Er bestaan verschillende varianten van. Bij alle gaat het erom dat je direct als je voet de grond raakt, je met zoveel mogelijk kracht afzet. Dat ziet eruit als huppelen.
Stabiliteit in de voet
“Het kaatsen is het moment van afzet van de voet”, legt Cocky Hoogeveen van Voetentraining uit. “Daarvoor heb je een goede stabiliteit in de voorvoet nodig. Dan haal het je het meest uit dit moment. De kleine voetspieren zorgen voor de stabiliteit van dit gebied. Femke Bol heeft deze spieren optimaal getraind. Daarom kost de afzet haar minder energie. En de getraindheid van de voetmusculatuur zorgt ervoor dat ze de kracht goed kan opvangen. Dat leidt weer tot een maximale stabiliteit in de hele voet.”