De studie omvatte 64 patiënten met de diagnose klinische ingegroeide nagel en 71 patiënten als controlegroep zonder voorgeschiedenis van ingegroeide nagels. In beide groepen evalueerden de onderzoekers de bilaterale voetröntgenfoto’s van patiënten met ingegroeide nagels op halluxvalgushoek (HVA), interfalangeale hoek (IPA) en intermetatarsale hoek (IMA) geassocieerd met hallux valgus. En daarnaast de calcaneale spoedhoek (CPA), talohorizontale hoek (THA) en talometatarsale hoek (TMA) gerelateerd aan platvoeten (pes planus.
Er werd geen significant verschil gevonden in termen van radiologische halluxvalgus-metingen van HVA, IPA en IMA vergeleken met controles. Hetzelfde gold voor de pes planus radiologische metingen van CPA- en TMA-waarden. THA was statistisch significant hoger in de controlegroep. Er was een matige positieve relatie tussen het stadium van de ingegroeide nagel en de gemeten TMA voor de diagnose van platvoeten, maar er zijn geen significante correlaties tussen het stadium van de ingegroeide nagel en andere hoeken.
Daarom raden de onderzoekers geen correctie van de voetanatomie aan bij de preventie en behandeling van ingegroeide nagels, tenzij er sprake is van een begeleidende voetmisvorming. Een platvoet is echter een voetmisvorming die gepaard kan gaan met patiënten met ernstig ingegroeide nagels.
Bron: PubMed