Aangezien huisartsen het eerste aanspreekpunt zijn voor zelfstandig wonende ouderen met gezondheidsproblemen, kunnen zij gezien worden als geschikte zorgverleners om hoog valrisico te signaleren. Het merendeel (67%) van de kwetsbare patiënten die volgens hun huisarts een valgeschiedenis of valangst hebben, krijgt echter geen valpreventieve zorg, zoals een beweegprogramma, een verwijzing naar een cardioloog of aanpassingen aan het huis. Dit komt naar voren uit eerder onderzoek van het Nivel en Tranzo. Patiënten denken vaak dat de behandeling te intensief of te veel gedoe is, of zij ervaren niet dat zij een hoog valrisico hebben.
Gebrek aan motivatie
Momenteel wordt onderzoek gedaan naar de belemmerende en bevorderende factoren die huisartsen, praktijkondersteuners, wijkverpleegkundigen, fysio- en oefentherapeuten ervaren bij het implementeren van valpreventie. Een belemmerende factor is dat zorgverleners vaak een gebrek aan motivatie ervaren bij hun patiënten. Volgens de zorgverleners lijken schaamte en (onrealistische) verwachtingen hierin een rol te spelen. De zorgverleners gaven aan dat patiënten zich niet altijd bewust zijn van het belang van valpreventie en dus vaak niet bereid zijn om er tijd en geld in te investeren.
Goede samenwerking tussen zorgverleners, zoals huisarts en praktijkondersteuner of huisarts en fysiotherapeuten, lijkt daarom van groot belang te zijn. Samen kunnen zij patiënten met een hoog valrisico goed in beeld krijgen, om vervolgens een geschikte behandeling te kunnen aanbieden en met de ouderen samen een implementatiestrategie ontwikkelen. Later dit jaar worden de volledige resultaten van dit onderzoek gepubliceerd.
Bron: nivel.nl